
er zijn hoofden en harten verslaafd aan gewin
In een duistere wereld doof voor het leven
gespitst op t krijgen en wars van ‘geven
te laat voor de liefde en blind voor enige waarheidszin.
en daarom, enkel daarom vervuilen aarde lucht en zee
smelten ijskappen – treden wateren buiten hun oevers
Ver heel ver buiten hun oevers
en eer je er erg in hebt ga je zelf mee
maar waarom zou je je blik niet áfkeren van angst en oorlogsgeweld
van hebben en houden , van leugens en bedrog
en je navelstreng niet meer verbinden aan oorlog
Maar aan de buik van het onuitputtelijke waar vrede geldt
kijk naar de kunstenaar die hoopvolle schoonheid toont
daar waar hij het kleine vereert
wordt het kleine groots en heel veel weert
waarom zou je je oren niet richten naar muziek die bekroont
of naar woorden gedrenkt in Poëzie in plaats van olie, gas en bommen
in aangewreven haat en angst gedrenkt
want dat is waar hebzucht en hoogmoed ons brengt
hóe mooi zou het zijn als wij dat sámen verdommen
en dat kán – want de kunstenaar schouwt met een ruimere blik
Inspireert tot tevredenheid, glimlachen, ja zelfs tot zingen
ziet t grootse in klein en het kleine in groot en ook het mooie in lelijke dingen
soms met een lach, dan weer met een traan en een snik
laat ons met de blik op vrede en schoonheid gericht
In de salon van vandaag het keerpunt inzetten
te beginnen met dit gedicht